Wat we willen veranderen aan het plan voor subsidies in de cultuur

Door Marc Newsome op 21 oktober 2024

Er komt een nieuw systeem voor subsidies in de cultuur. Dat maakte de gemeente onlangs bekend. In het kort: plannen voor subsidies worden beoordeeld door een externe adviescommissie (dus niet door de gemeente zelf) en subsidies worden voor meerdere jaren toegekend. Om het nieuwe systeem goed in te voeren, zijn veranderingen en aanpassingen nodig. Om te zorgen dat het nieuwe systeem geen of minder pijnlijke gevolgen heeft voor het makersklimaat in Leiden.

Daarom zal de Partij van de Arbeid bij de begrotingsbehandeling in de gemeenteraad een aantal voorstellen doen om het systeem te verbeteren. 

En dat is belangrijk, want we moeten de cultuur koesteren in onze mooie stad. Voor grotere instellingen, zoals de schouwburg of het poppodium, verandert er niet veel. Maar voor cultureel zelfstandig werkende schilders, kunstenaars, creatieven en andere culturele makers én voor theater-, dans- en andere culturele organisaties is het systeem een ingrijpende wijziging.

En een spannende: want in het nieuwe systeem moet iedereen een plan indienen om subsidie te krijgen en die plannen worden beoordeeld door een externe adviescommissie, die vervolgens bepaald wie subsidie krijgt en wie niet. De gemeente neemt daarna het advies over van de commissie. In een adviesrapport (zie onderin dit nieuwsbericht), waaruit het nieuwe subsidiesysteem kwam, staat dat deze wijziging ingrijpende gevolgen heeft voor de culturele sector. En daar maakt de Partij van de Arbeid zich zorgen om. Daarom komen we met een aantal voorstellen. Hieronder vertellen we er meer over.

We doen die voorstellen omdat we vinden dat in de stad waar Rembrandt geboren is, we er óók voor moeten zorgen dat de nieuwe Rembrandt kan opstaan. We moeten ons makersklimaat koesteren!

Voorstel 1: Eén jaar uitstel
Het nieuwe systeem moet niet in 2026, maar in 2027 ingaan. Dat zorgt er namelijk voor dat de cultuursector zich een jaar langer kan voorbereiden op het nieuwe systeem. En niet onbelangrijk: dan weten we ook véél beter hoe de cultuursector ervoor staat. Bedenk bijvoorbeeld dat de sector nog steeds opkrabbelt van de coronacrisis en dat ze landelijk te maken krijgen met een hogere btw op cultuur.

Toelichting
De gemeente heeft een planning gemaakt voor de invoering van het nieuwe stelsel en die is te snel, wat de Partij van de Arbeid betreft. Zowel voor de sector, als voor de gemeente zelf. In Rotterdam, waar ze met een soortgelijk stelsel werken, namen ze een jaar de tijd om het uit te werken. Leiden neemt daar veel korter de tijd voor. Voor de zomer van 2024 was het adviesrapport door een extern bureau klaar. Begin 2025 moet alles geregeld zijn en start de aanvraagperiode. Daarna wordt gewerkt met de volgende tijdlijn:

  • begin 2025: subsidieregeling wordt vastgesteld. Dan wordt bekend wat de eisen en voorwaarden voor subsidie zijn
  • half 2025: culturele sector moet aanvragen indienen
  • eind 2025: toekennen subsidie
  • begin 2026: start nieuwe systeem

Dit betekent dat, vlak nadat de voorwaarden en eisen voor subsidie bekend worden, de culturele organisaties en makers hun plannen al klaar moeten hebben. Zij hebben dus héél weinig tijd om een aanvraag te schrijven en hun plannen voor de komende jaren af te stemmen op wat de gemeente wil. In een normaal systeem is dit al krap. Omdat het om een compleet nieuw systeem gaat, vindt de Partij van de Arbeid dat er meer tijd voor de sector moet zijn om zich hierop voor te bereiden.

En ook voor de gemeente zelf is het nieuwe systeem te snel. In no-time moet de externe adviescommissie worden geworven; kennis maken met elkaar; zich inwerken en inlezen in de Leidse culturele sector. Daarna moeten ze met elkaar bedenken hoe ze willen dat de Leidse cultuur er idealiter uitziet; op welke eisen en voorwaarden ze nadruk leggen; hoe ze de plannen gaan beoordelen en dan moeten ze alle plannen gaan lezen en er iets van gaan vinden, om daarna te besluiten wie wél en wie níet subsidie krijgt.

Kortom: zowel voor de gemeente zelf, als voor de sector, is de invoering van het nieuwe systeem te snel. We pleiten daarom voor een jaar uitstel. Omdat de gemeente een aantal subsidies al af heeft gebouwd of stopgezet heeft, moet er een overgangsregeling komen voor culturele organisaties die anders onbedoeld buiten de boot vallen.

Het wordt ingewikkelder als je buiten de boot valt
De Partij van de Arbeid vreest, in navolging van makers en culturele organisaties, dat het nieuwe cultuursubsidiestelsel voor een heel ander cultuurlandchap in Leiden gaat zorgen. Het nieuwe systeem zorgt ervoor dat een kleine groep makers, organisaties en creatieven goed geholpen wordt. Zij kunnen fair pay (een realistisch salaris) uitkeren en worden met het nieuwe systeem meerjarig geholpen.

Maar een grotere groep in de cultuur zal – ondanks een goed inhoudelijk plan voor de toekomst – naast subsidie grijpen. Voor hen wordt het in het nieuwe systeem moeilijker om een goed bestaan op te bouwen in Leiden. De Partij van de Arbeid had dat liever anders gezien. Zeker omdat we weten dat in andere steden méér geld aan cultuur wordt besteed.

De invoering van het nieuwe stelsel had ook gekoppeld kunnen worden aan méér subsidie voor makers, creatieven en kleinere culturele organisaties. Nu of bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2026.

Wat ons betreft had aan de invoering van het nieuwe systeem meer budget voor makers geplakt moeten worden. Dat is de echte uitkomst van het adviesrapport. Leiden kan nog meer doen om makers te ondersteunen. En daarmee is het iets om ná de gemeenteraadsverkiezingen te bespreken. Omdat politieke partijen na 2026 met elkaar nieuwe plannen maken, een coalitieakkoord en met budgetten schuiven.

Omdat we denken dat voor het uitstellen van invoering geen politieke meerderheid is, zijn we ook op zoek gegaan naar verbeteringen binnen het systeem. Om harde klappen in de cultuursector te vooorkomen hebben we de volgende voorstellen:

Voorstel 2 | We willen dat in de eerste periode van het nieuwe subsidiestelsel de zogenaamde projectsubsidies ook aan kosten voor het in stand houden van een culturele organisatie of het zijn van maker mogen worden besteed. Dat zorgt ervoor dat het atelier doorbetaald kan worden en dat de mensen in een culturele organisatie ook meer zekerheid hebben. Juist en vooral als ze geen meerjarige subsidie toegekend krijgen.

Voorstel 3 | In het nieuwe systeem komt er een zogenaamd ‘verbindingsloket’, waarmee de gemeente hoopt om verschillende thema’s en domeinen van de gemeente te verbinden aan elkaar. Het geld dat daarvoor in de boeken staat, wil de Partij van de Arbeid toevoegen aan het totale budget voor makers, creatieven en organisaties. Overigens worden die in de plannen nu de categorie ‘overig’ genoemd. Een term waar de PvdA zo snel mogelijk vanaf wil.

Voorstel 4 | We willen dat de externe adviescommissie niet alleen de plannen leest. Niet alleen toetst op wat culturele organisaties op papier hebben gezet. We willen dat ze ook én juist gaan kijken naar voorstellingen en kunstuitingen. Zodat als je wat minder goed schrijft, je niet automatisch buiten de boot valt, omdat je plan misschien minder tot de verbeelding spreekt. Daarnaast moet er aandacht zijn voor hoe een organisatie mensen bereikt.

Met deze voorstellen hoopt de Partij van de Arbeid de ingrijpende gevolgen van het nieuwe systeem iets bij te sturen.

De achtergrond: een andere manier van subsidie toekennen
Samen met GroenLinks en Studenten voor Leiden vroegen we in 2023 aan de gemeente om te kijken naar de manier waarop de culturele sector wordt gesubsideerd. De aanleiding was simpel: voor veel makers en culturele initiatieven is het nu niet duidelijk op welke manier en bij waar ze subsidie moeten aanvragen. Subsidieregelingen zijn moeilijk geschreven, je moet door veel verschillende hoepels springen en aan allerlei voorwaarden voldoen. Bijvoorbeeld omschrijven op welke manier je gaat zorgen dat de subsidie die je krijgt ten goede komt aan het “profiel van Leiden als stad van kunst en kennis”.

Het zou goed zijn als in Leiden meer makers een duurzaam bestaan kunnen opbouwen, zodat nieuwe makers en culturele initiatieven de stad verrijken met hun creativiteit en de in Leiden gewortelde makers of culturele initiatieven in de stad kunnen blijven”, was de oproep van onze motie.

De uitwerking is anders dan de Partij van de Arbeid had verwacht. Dat hebben we in dit nieuwsbericht geprobeerd uit te leggen. Wil je meer weten? Neem contact met op

Marc Newsome

Marc Newsome

Mijn naam is Marc Newsome en ik ben de fractievoorzitter van de Leidse Partij van de Arbeid. Het is een grote eer om gemeenteraadslid te zijn voor de stad waar ik zo van houd. Leiden is een prachtige stad en ik ben telkens weer onder de indruk van de manier waarop Leidenaren voor elkaar opkomen

Meer over Marc Newsome