De komende decennia staat ook Leiden voor een aantal grote uitdagingen op het gebied van duurzaamheid en energietransitie. Elke Leidenaar gaat hier iets van merken. De afgelopen jaren heeft de Partij van de Arbeid in de gemeenteraad herhaaldelijk aandacht gevraagd voor de betaalbaarheid van de aanpak van deze ingrijpende operaties. Omdat iedereen mee moet kunnen komen in de ontwikkelingen, én omdat duidelijkheid en zekerheid over de betaalbaarheid van fundamenteel belang is voor het draagvlak. Daarom heeft de PvdA-fractie deze week schriftelijke vragen gesteld.
Uit een artikel in het Leidsch Dagblad en een onderzoek van de gemeente Rotterdam blijkt namelijk dat hoge kosten een hoge, en soms onoverkomelijke, horde zijn voor corporaties en particuliere woningbezitters. Daarmee dreigt er een tweedeling tussen Leidenaren die wel mee kunnen komen in de energietransitie en Leidenaren die achterblijven met de oude, soms steeds duurdere energievoorzieningen.
In het Leidsch Dagblad van 25 maart 2021 wordt uitgebreid aandacht besteed aan de ambitie van het College om van Leiden een klimaatneutrale stad te maken. In het stuk is wethouder Spijker optimistisch over de doelstelling om in 2050 een klimaatneutrale stad te zijn. De Leidse woningbouwcorporaties delen dit optimisme niet per definitie. Zij maken zich zorgen over de kosten voor de corporatie zelf en voor hun huurders. Ook blijkt dat zij niet altijd dezelfde doelen nastreven als de gemeente. De fractie van de Partij van de Arbeid vindt dit zorgwekkend, nu de corporaties ongeveer een derde van de Leidse woningen bezitten. Daarom vragen we het college hoe ze ervoor gaan zorgen dat de energietransitie en duurzaamheidsmaatregelen betaalbaar blijven voor huurders van corporaties.
In dezelfde week publiceerde de gemeente Rotterdam de uitkomsten van een onderzoek naar de toekomstbestendigheid van 164.000 particuliere woningen. Conclusie van het onderzoek is dat er 3 miljard euro nodig is om zo’n 36.000 woningen van mensen met een kleine beurs toekomstbestendig te maken, een investering die de bewoners veelal niet zelf op zullen kunnen brengen. Het gaat om investeringen in funderingsherstel, achterstallig onderhoud, verduurzaming en de overstap naar aardgasvrij. Uitkomst van het Rotterdamse onderzoek is tevens dat een groot deel van de benodigde investeringen onrendabel is en niet terugverdiend wordt door waardestijging of een lagere energierekening. Uit de berekening blijkt dat per woning een gemiddelde investering van €65.000 nodig is, waarvan €39.000 onrendabel. Daarom vragen we het college hoe het in Leiden zit met de vitaliteit van de woningen en of er niet meer geld nodig is om alle woningen te verduurzamen.